Limburgse vlaai Europees erkend als streekproduct

Limburgse vlaai Europees erkend als streekproduct - Culinair - 2HB
  1. Na een langdurig proces van zo’n 15 jaar heeft de Europese Commissie eindelijk de Limburgse vlaai erkend als een Beschermde Geografische Aanduiding (BGA).

De feestelijke aankondiging werd afgelopen maandag gedaan in Brussel door Vlaamse landbouwminister Jo Brouns en zijn Nederlandse collega Piet Adema.

Deze erkenning betekent dat alleen vlaaien die volgens strikte regels in Belgisch- of Nederlands-Limburg zijn gebakken, in de toekomst nog als authentieke 'Limburgse vlaai' mogen worden verkocht. Vergelijkbare onderscheidingen zijn reeds toegekend aan andere streekproducten, waaronder de Geraardsbergse mattentaarten, het Brusselse grondwitloof en Jambon d’Ardenne.

Het officiële lastenboek en logo, ontworpen door de zoon van Peter Nulens, voorzitter van de vereniging die Limburgse bakkers vertegenwoordigt, worden op 22 januari 2024 officieel voorgesteld aan de Europese instellingen in Brussel.

De Limburgse vlaai, volgens de specifieke criteria van de BGA, moet een diameter hebben tussen 10 cm en 30 cm en met een gistdeegbodem van maximaal 1 cm dikte. De vlaai moet minimaal 140 gram en maximaal 1.400 gram wegen, ongeacht de vulling, die kan bestaan uit fruit (behalve ananas of aardbeien), rijstpap, griesmeel, crème, pudding of suiker. Na het bakken mag de vlaai niet worden diepgevroren, en er is ook een minimale hoeveelheid boter vastgelegd.

Met trots meldt de familie Nulens dat er momenteel 37 Belgische bakkers en 36 Nederlandse bakkers zijn die voldoen aan de vereisten om Limburgse vlaaien te mogen verkopen. Bakkers die dit label willen dragen, moeten een papier op eer ondertekenen waarin ze beloven het lastenboek strikt te volgen, gevolgd door een controle van de FOD Economie. Deze erkenning onderstreept de unieke kwaliteit en authenticiteit van de Limburgse vlaai, waardoor het een waardevol Europees streekproduct wordt.

Herlees hier het originele, integrale artikel.

Bron: standaard.be