19de eeuwse schuur omgebouwd tot vakantiewoning

Van schuur tot vakantiewoning - Storytelling - 2HB

Judith en Johan gebruikten voor de renovatie van hun schuur in Durbuy veel hout, waaronder takken en boomstammen uit het bos, ruwe Ardense stenen en leem. Op die manier haalden zij de natuur in haar puurste vorm in huis. Warmer kan een interieur eigenlijk niet zijn. Johan en Judith waren niet aan hun proefstuk toe toen ze in de Ardennen een op te knappen tweede verblijf kochten. Toch konden ze niet voorspellen dat het resultaat deze keer zo bijzonder zou zijn.

“We waren er snel uit welk concept we zouden volgen. De schuur stond er sinds 1880 en het was de bedoeling dat het interieur er net zo oud zou uitzien. Daarom kozen we voor materialen die vroeger veel gebruikt werden: leem, kalk, hout en plaatselijke stenen. Verder wilden we een natuurlijke uitstraling, dus zonder strakke lijnen en rechte hoeken.”


Om dat effect te bekomen, kwamen die materialen ook goed van pas. Een jaar lang was het koppel elk weekend druk in de weer om de schuur bewoonbaar te maken. Ze schakelden daarbij de hulp in van lokale aannemers die verstand hadden van oude technieken. “Het is mede dankzij hun vakmanschap dat het huis de unieke uitstraling van vroeger heeft.”

Binnen lijkt het alsof je een reis terug in de tijd maakt. Dat er nog tal van authentieke elementen aanwezig zijn, zit daar zeker voor iets tussen. “We hadden het geluk dat de schuur zich in een goede staat bevond. Zelfs het dakgebinte is nog origineel. De balken zagen er wel niet meer uit, maar met een hogedrukreiniger kregen we ze weer schoon.”

In de badkamer is de oorspronkelijke muur nog steeds zichtbaar. Die is heel dik en opgetrokken met stenen uit de buurt. “Elders in huis hebben we er een dikke leemlaag op aangebracht. Dat heeft meer charme dan witte pleister en is een stuk gezonder voor het binnenklimaat.”


Ook veel van het hout heeft er al een heel leven opzitten, maar niet in de schuur. “De vloer in de zithoek en de keuken komt uit Oostenrijkse treinwagons. We verwerkten de planken ook in de kasten van het waseiland.” De plafonds zijn echter een ander verhaal: “We vonden het wat gewoontjes om met kant-en-klare balkjes te timmeren en ook de rechte vormen vloekten met de rest. We zijn dan maar een hele middag hout gaan sprokkelen in het bos en gingen met die takken aan de slag.”

Het is maar een van de vele originele ideeën die tot een bijzonder resultaat leidden. Zo heeft de zelfgemaakte eettafel slechts aan één uiteinde een poot. Aan de andere kant hangt het meubel vast aan het dakgebinte. De lampjes erboven zijn ook een eigen creatie en schitteren in hun eenvoud: een stukje jute dat rond een plastic armatuur is gewikkeld. Plinten zijn er niet en dus wordt de overgang tussen de muur en het plafond opgevangen met scheepskoorden. Elders kregen twee werkbanken dan weer een nieuw leven als tv- en als wasmeubel. Het meest markante in huis zijn ongetwijfeld de trappen. De ene bestaat uit brede treden uit ruw beton en is aan de zijkanten overgoten met egaline in aardetinten en afgewerkt met leem en stenen en lijkt zo alsof het uit de rotsen is gehouwen. De andere, die centraal in de woonkamer staat, heeft een boomstam als basis. “Ook die vonden we in het bos. Het was een gek idee en een huzarenstukje om hem tot hier te krijgen, maar we zijn blij dat we ervoor gegaan zijn.”

Op de stam zijn eiken treden gemonteerd en opzij kwamen twee metalen leuningen voor de veiligheid. Het traliewerk van de trap is nieuw, al heeft men de indruk dat het jarenlang ergens lag te verroesten. “Het kreeg die look nadat we het met zoutzuur insmeerden en daarna enkele dagen lieten oxideren in de buitenlucht. We deden hetzelfde met de spijkers waarmee we timmerden en de deurscharnieren. En ook het nieuwe hout dat we nodig hadden om het interieur af te werken, kreeg na een behandeling met een mengeling van water en poeder plots een 150 jaar oud uitzicht. We hadden ons op voorhand voorgenomen dat iets niet alleen mooi moest zijn om hier een plaatsje te verdienen, maar dat het ook moest passen in de omgeving.”

En hoewel je het gevoel hebt dat de tijd in de schuur is blijven stilstaan, is alle moderne comfort uiteraard aanwezig. “Luxe en hygiëne stonden voorop,” zegt Johan. In de keuken staan een fornuis van Falcon met een opvallend groen kleurtje en retrotoestellen van Smeg, en naast een mastodont van een kachel zorgen radiatoren in winter voor een aangename temperatuur.


Na een ontspannende sauna kun je ook een stortbad nemen onder een heerlijke regendouche. “We komen hier heel snel tot rust, zowel in als rond het huis. En het leuke is dat we vlak bij Durbuy zitten en dus in geen tijd de gezellige drukte kunnen opzoeken,” zeggen Judith en Johan.

Judith en Johan hebben met creativiteit en een niet zo groot budget een uitzonderlijk huis ingericht. Voor alles vonden ze een oplossing om de sfeer van weleer te bewaren, maar voor de radiatoren was dat minder evident. “De enige exemplaren met een oud uitzicht waren in gietijzer. Die zien er fraaier uit dan de elektrische radiatoren die er hangen, maar ze waren helaas te duur en we moesten ergens een lijn trekken. Elektrisch verwarmen is ook niet goedkoop, maar een stookolieketel was te vervuilend en in de straat ligt geen aardgas. Gelukkig hebben we een grote kachel die het merendeel van de tijd volstaat om het lekker warm te maken.”

De gerenoveerde hoeve van Judith en Johan heeft zopas de eerste award voor meest unieke verblijfplaats van Belvilla gewonnen. Uit de 17.579 vakantiehuizen die de verhuurder in Europa aanbiedt, maakten experts een selectie van vijftig woningen. Daaruit werden de vijf meest uitzonderlijke geselecteerd en nadien kon het publiek zijn stem uitbrengen op de Facebook-pagina van Belvilla. De meerderheid koos voor het huis van Judith en Johan. Als het koppel er zelf niet verblijft, verhuren ze het voor een midweek, weekend, week of langer. De schuur biedt plaats aan zeven personen en beschikt over drie slaapkamers, twee badkamers en een sauna. Ze kan samen gehuurd worden met een aanpalend huis voor vijf personen.

Bron : hln.be  / Belvilla