De onroerende voorheffing stijgt fors dit jaar

De onroerende voorheffing stijgt fors dit jaar - Financieel - 2HB

Het kadastraal inkomen, afgekort ‘KI’, van een woning is een fictief bedrag dat overeenkomt met het gemiddelde nettobedrag dat u zou verdienen als u het pand gedurende een jaar zou verhuren. Anders gezegd, het is de fictieve hypothetische opbrengst van het goed (verminderd met de kosten voor onderhoud en herstellingen), ongeacht het feit of er al dan niet huurinkomsten zijn.

Voor de berekening van het KI wordt er gekeken naar de situatie van de huurmarkt op een bepaald moment in het verleden, het referentietijdstip zijnde 1 januari 1975. Omdat een algemene herschatting al jarenlang op zich laat wachten, wordt dat referentiebedrag jaar na jaar geïndexeerd.

Het KI geeft aldus een indicatie van de waarde van het onroerend goed.

Het KI vormt de basis voor de berekening van de onroerende voorheffing die u jaarlijks moet betalen voor uw woning. Het totaalbedrag wordt niet alleen bepaald door het kadastraal inkomen, maar ook door de indexeringscoëfficiënt, de basisheffing, de opcentiemen en de eventuele verminderingen.

Enerzijds is er dus het initiële KI van de woning dat jaarlijks geïndexeerd wordt.. Voor het inkomstenjaar 2023 bedraagt de indexatiecoëfficiënt 2,0915. Vervolgens wordt het geïndexeerde bedrag vermenigvuldigd met een aanslagvoet. Die bedraagt 3,97% in Vlaanderen en het resultaat hiervan is de basisheffing.

Op die basisheffing komen nog eens de opcentiemen van enerzijds de provincie en anderzijds de gemeente. Provincie en gemeente bepalen autonoom hoeveel die precies zullen bedragen.  De som van de basisheffing en de opcentiemen vormt dan uiteindelijk de te betalen onroerende voorheffing.

De indexering van het kadastraal inkomen zorgt ervoor dat de onroerende voorheffing voor eenzelfde pand jaar na jaar stijgt. Die aanpassing aan de toename van de consumptieprijzen is dit jaar alvast een flinke financiële tegenvaller vanwege de ongeziene inflatiecijfers. Volgens de Vlaamse Belastingdienst stijgt de onroerende voorheffing daardoor met ongeveer 9% ten opzichte van 2022.

Daarnaast kan ook een vermeerdering van de provinciale en gemeentelijke opcentiemen de factuur verder de hoogte in duwen.  Ten opzichte van 2022 halen de lokale besturen gemiddeld 13,2% hogere kosten, ook weer als gevolg van de inflatie, waardoor dit (gedeeltelijk) doorgerekend wordt via de opcentiemen.

De taxshift speelt ook nog een rol in de bij de onroerende voorheffing. Door de belastingverschuiving van de lasten op arbeid naar andere domeinen zagen sommige gemeenten hun aanvullende personenbelastingen dalen. Om die verminderde ontvangsten te compenseren, besloten velen hun opcentiemen te verhogen.

Het is ook mogelijk dat het KI (als basis van de onroerende voorheffing) van uw woning verhoogd werd na renovatiewerken.  Na een verbouwing moet u immers binnen de 30 dagen nadat de werken voltooid zijn dit melden aan de federale overheidsdienst Financiën en het kan gebeuren dat een ambtenaar ter plaatse die gegevens komt controleren. Na aangifte en/of controle bestaat de kans dat uw kadastraal inkomen herschat zal worden.

Werken met betrekking tot energiebesparende investeringen hebben doorgaans geen invloed op uw KI. De plaatsing van bijvoorbeeld zonnepanelen, een zonneboiler of een warmtepomp… zorgen in principe dus niet voor een verhoging van het KI.

Herlees hier het integrale, originele artikel.

Bron: trends.knack.be